(io) sono: (io) mi chiamo : |
ik ben ik heet |
(Lei) è: (Lei) si chiama: |
u bent u heet |
  • |
De persoonlijke voornaamwoorden onderwerp worden in het Italiaans meestal niet gebruikt. De werkwoordsvorm drukt ook de persoon uit: bv.: Sono Marco. Ik ben Marco. Gebruik je toch een persoonlijk voornaamwoord om het onderwerp uit te drukken, dan krijgt dit een zekere nadruk: bv.: Io sono Marco, ma Lei è la signora Moretti. Ik ben Marco, maar u bent Mevrouw Moretti. |
  • |
Voor de beleefdheidsvorm gebruikt het Italiaans de vorm van de derde persoon enkelvoud van het werkwoord: bv.: (Lei) è: u bent Let op! De beleefdheidsvorm Lei wordt steeds met hoofdletter geschreven, zelfs in het midden van een zin: bv.: Io sono Marco, ma Lei è la signora Moretti. |
  • |
Mi in mi chiamo is een wederkerend voornaamwoord zoals in het Frans Je mappelle Marie. |