Vocabulaire
le tie-break =
de tiebreak
coulissant, coulissante =
schuif-
bouder =
mokken, pruilen
l’association (fém.) des tennismen professionnels (ATP) =
ATP
le revêtement =
de bekleding, de bedekking
historique =
historisch, geschiedkundig
l’approche (fém.) =
het naderen, de benadering, de aantocht
le grand chelem =
de grand slam
le bridge =
het bridgen
rare =
zeldzaam
l’exploit (masc.) =
de topprestatie, de krachttoer
ardu, ardue =
moeilijk, lastig, zwaar
suprême =
hoogst, grootst, uiterst
la terre battue =
de gravel
l’intervalle (masc.) =
de onderbreking, het interval
l’édition (fém.) =
de uitgave, de druk, de oplage
s’ouvrir à =
ontvankelijk zijn voor, openstaan voor
réticent, réticente =
aarzelend, terughoudend, gereserveerd
peu à peu =
beetje bij beetje
rebaptiser =
herdopen, van een andere naam voorzien
le tenant =
de volgeling, de aanhanger, de verdediger
l’appellation (fém.) =
de aanduiding, de benaming
disputer =
redetwisten, betwisten
boycotter =
boycotten, weigeren deel te nemen aan
le championnat =
het kampioenschap
voir le jour =
tot stand komen
l’affilié (masc.) =
het lid, de aangeslotene
prendre part à =
deelnemen aan
le déménagement =
de verhuizing
être qualifié pour =
gekwalificeerd, geplaatst voor de volgende ronde